Het oorspronkelijke koopmanshuis is vermoedelijk - net als 242 - gebouwd met een trapgevel.
Het is 5,63 m. breed.
In 1626 is het van Pieter Schomesz met De Duijff in de gevel, in 1623 De Blauwe Duijff genaamd en in 1686 De Witte Beer boven de deur.
Het huis is driemaal vernieuwd.
In 1687 is het vernieuwd voor Daniel Planck met een ingezwenkte halsgevel met festoenen op en langs de zijkanten en om de hijsbalk, twee vazen en De Duif op de gevel, een stoep en een omlijste toegang.
± 1770 is het vernieuwd voor Adriaan of J. Koekebakker ongeveer zoals 246: een rechte kroonlijst, een attiek met versierd middengedeelte, een kuif en hoekvazen, zeven consoles met trigliefen en een stoep met inwendig fraai stuc- en snijwerk.
In 1929 is het door architect J.F. Felderhof herbouwd om voor Otto J. Faber te worden samengevoegd met 246 tot één kantoorgebouw waarbij de gevelbekroningen als één geheel zijn toegepast.
Het heeft een platte stoep.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.